Paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

 

Deze paragraaf geeft inzicht in de financiële positie van Dienst Dommelvallei. Hiervoor beschrijven en waarderen we de risico's. Vervolgens zetten we het totaal aan risico's af tegen de aanwezige weerstandscapaciteit. Voor wat betreft het beleid over weerstandsvermogen en risicobeheersing hanteren we de uitgangspunten van de nota’s risicomanagement van de 3 gemeenten. Als laatste worden de financiële kengetallen gepresenteerd.

Inventarisatie van de risico's

Terug naar navigatie - Inventarisatie van de risico's

In veel gevallen kunnen we de exacte waarde van een risico niet bepalen. Om de risico’s toch te kwantificeren werken we met klassengemiddelden. Deze gemiddelden leiden tot de financiële gevolgen in de onderstaande tabel. De risicowaarde bepalen we vervolgens aan de hand van de volgende berekening:

                                    Risicowaarde (€) = Kans (%) x Gevolg (€)

Het totaal aan risicowaarden vormt de benodigde weerstandscapaciteit. Omdat niet alle risico’s zich tegelijk manifesteren rekenen we met een zekerheidspercentage van 90%.

Bedragen x € 1,-

Risico Kans in % Gevolg in € Risicowaarde in €
1. Cybercriminaliteit 50% 175.000 87.500
Cybercriminaliteit is criminaliteit met ICT als middel én doelwit. Cybercriminaliteit is veelvoorkomend en er zijn verschillende vormen. Een onoplettende medewerker of een goed uitgevoerde vorm van cybercriminaliteit kan leiden tot problemen op financieel gebied, het verlies van productieve uren of tot grote privacyrisico’s. De kans hierop neemt verder toe.
2. Beveiligingsincident 70% 75.000 52.500
De Dommelvallei-organisaties zijn informatie intensieve organisaties met een primaire focus op de dienstverlening. Deze organisatie kenmerken vragen om een betrouwbare en veilige informatievoorziening. De IBD geeft in het dreigingsbeeld 2021-2022 duidelijk het signaal af, dat de kans op beveiligingsincidenten verder toeneemt.
3. Productieverlies door invloeden op het personeelsbestand 70% 75.000 52.500
Productieverlies kan ontstaan door bovengemiddeld ziekteverzuim en uitstroom van personeel. Deze risico's kunnen leiden tot achterstanden in werk en hogere personeelskosten door externe inhuur.
Subtotaal top 3 192.500
Overige risico's 137.500
Totaal 330.000
Totaal o.b.v. zekerheidspercentage (90%) 297.000

Het totaal aan overige risico's is € 137.500,-. Dit bestaat uit 5 risico's en een post onvoorzien. De risico's "Belastingaangifte" en "Algemene verordening gegevensbescherming" zijn de belangrijkste risico's buiten de top 3. Ten opzichte van de vorige begroting is het totaal aan risico's met € 29.250,- toegenomen. De redenen hiervoor zijn:

  • Het risico Inkoop is naar beneden bijgesteld;
  • het risico Cybercriminaliteit is naar boven bijgesteld.

 

Inventarisatie van de weerstandscapaciteit

Terug naar navigatie - Inventarisatie van de weerstandscapaciteit

De benodigde weerstandscapaciteit van € 297.000,- wordt volgens de verdeelsleutel belegd bij de gemeenten Geldrop-Mierlo, Nuenen en Son en Breugel. De gemeenten verwerken dit in hun paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. De verdeling is als volgt. 

Bedragen x € 1,-

Gemeente Percentage Bedrag
Geldrop-Mierlo 48% 142.560
Nuenen 30% 89.100
Son en Breugel 22% 65.340
Totale weerstandscapaciteit 100% 297.000


De weerstandsratio is de verhouding tussen benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit. Omdat de beschikbare weerstandscapaciteit door de gemeenten wordt gevormd bedraagt de weerstandsratio automatisch 1.

Financiële kengetallen

Terug naar navigatie - Financiële kengetallen

Kengetallen geven inzicht in bepaalde onderdelen van de begroting of de balans en kunnen bijdragen aan het beoordelen van de financiële positie van de gemeenschappelijke regeling. Daarnaast bieden kengetallen de mogelijkheid om gemeenschappelijke regelingen onderling te vergelijken.

Een individueel kengetal zegt weinig over hoe de financiële positie van de dienst moet worden beoordeeld. De kengetallen moeten in samenhang bekeken worden, omdat ze alleen gezamenlijk en in hun onderlinge verhouding een beeld geven van de financiële positie van de dienst. Een kengetal, of de ontwikkeling van een kengetal, is een weerspiegeling van het gevoerde beleid. Voor de provincie als toezichthouder hebben de kengetallen een signaleringswaarde. Ze kunnen worden betrokken bij het krijgen van een completer inzicht in de financiële situatie en risicopositie van een gemeenschappelijke regeling.

De volgende financiële kengetallen moeten in de paragraaf weerstandsvermogen opgenomen worden:

  • netto schuldquote;
  • netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen;
  • solvabiliteitsratio;
  • structurele exploitatieruimte;
  • belastingcapaciteit;
  • grondexploitatie.


De laatste 2 zijn voor Dienst Dommelvallei niet van toepassing en zijn daarom buiten beschouwing gelaten.

De toezichthouder hanteert geen normering, maar maakt gebruik van onderstaande signaleringswaarden.

Waarderingscijfer Minst risicovol Neutraal Meest risicovol
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen <90 90-130 >130
Solvabiliteitsratio >50 20-50 <20
Structurele exploitatieruimte >0 0 <0

 

Zie voor de onderlinge verhouding van de kengetallen bij conclusie.

Gerealiseerde en begrote kengetallen
Voor de kolommen realisatie is uitgegaan van de balans zoals opgenomen in de betreffende jaarrekening. De kengetallen voor 2022-2025 zijn afkomstig uit voorliggende meerjarenbegroting.

Omschrijving Realisatie Begroting
2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025
Netto schuldquote 10% 13% 14% 19% 20% 12% 8% 4%
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen 10% 13% 14% 19% 20% 12% 8% 4%
Solvabiliteitsratio 11% 8% 6% 7% 9% 12% 16% 21%
Structurele exploitatieruimte 0% 1% 0% 0% 0% 0% 0% 0%


Hieronder een korte toelichting per kengetal:

Netto schuldquote (zowel gecorrigeerd als niet gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen)


De netto schuldquote weerspiegelt het niveau van de schuldenlast van de dienst ten opzichte van de eigen middelen en geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en de aflossingen op de exploitatie. Om inzicht te krijgen in hoeverre er sprake is van doorlenen wordt de netto schuldquote in- en exclusief doorgeleende gelden weergegeven (netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen).

Solvabiliteitsratio


De solvabiliteitsratio geeft inzicht in de mate waarin Dienst Dommelvallei in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Onder de solvabiliteitsratio wordt het eigen vermogen als percentage van het balanstotaal verstaan.

Structurele exploitatieruimte

 

Deze is van belang om te kunnen beoordelen welke structurele ruimte de dienst heeft om de eigen lasten te dragen, of welke structurele stijging van de baten of structurele daling van de lasten daarvoor nodig is. 

Conclusie
Netto schuldquote (zowel gecorrigeerd als niet gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen)
Dienst Dommelvallei heeft op dit moment geen opgenomen en geen doorgeleende geldleningen met een looptijd van langer dan 1 jaar.  De schulden van Dienst Dommelvallei zijn beperkt omdat de investeringen in maximaal 5 jaar worden afgeschreven en op die manier gedekt worden door de jaarlijkse bijdrage van de gemeenten. De eventuele tekorten aan liquide middelen worden opgevangen met kortlopende leningen. De investeringen van de dienst komen vooral uit het Informatie BeleidsPlan (IBP). De netto schuldquote verbetert de komende jaren omdat (de meerjarige) IBP-investeringen elk jaar opnieuw voor 1 jaar bij de begroting geraamd worden.

Solvabiliteitsratio
De dienst heeft via de reserve P&O een beperkt eigen vermogen en daardoor een lage solvabiliteitsratio. Het eigen vermogen, om aan de financiële verplichtingen te voldoen, is onderdeel van het eigen vermogen van de deelnemende gemeenten. De stijging van deze ratio wordt veroorzaakt door de afname van de geraamde afschrijvingslasten. Ook weer omdat (de meerjarige) IBP-investeringen elk jaar opnieuw voor 1 jaar in de begroting geraamd worden.

Structurele exploitatieruimte
De structurele exploitatieruimte is 0% omdat de bijdrage van de deelnemende gemeenten gebaseerd wordt op het jaarlijkse saldo van baten en lasten. Een eventuele afwijking naar boven of beneden wordt veroorzaakt door een storting in, of onttrekking aan, de reserve P&O.